Dat was al weer een poosje geleden dat ik een brief in het Duits moest beantwoorden. Mijn laatste Duitse epistel was gericht aan een donkerharige schone, uit Basel. Als zestienjarige puistenverzamelaar. Die puisten zijn het enige aanknopingspunt van mijn brief die net door de snoertjes richting Joachim is gegaan. Of het moet zijn dat ik me eigenlijk ook nu wel traurich voel. Nee, niet omdat ik nog steeds in dat verre Holland zit te wachten op haar komst (beloofd is beloofd). Nee, omdat ik in sacke und asche zit vanwege de puisten op mijn fietsvelgen. Maar fantastisch dat de fabrikant vrijwel direct heeft gereageerd op de problemen rondom mien fietse. Omdat het een zogenaamde coulancekwestie is van de verkoper ben ik met handen en voeten gebonden aan de welwillendheid van hen. Maar wellicht wel met de fabrikant als een soort mediator. Das mooi. Als mosterd na de maaltijd kwam de redacteur van een Duits fietsmagazin (wat een kennissen doe ik op) met de optie om zo weinig mogelijk gebruik te maken van de remmen en alles goed vast te snoeren. Uit fatsoen heb ik ook Berndt Schnellbinder van harte bedankt, voor zijn tip. Danke liebe Berndt!… Wat een ontroering vanachter mijn buusdoek. Met zachte knietjes kom ik er echter niet. Vandaag MOETEN er zaken worden gedaan, anders komt het helemaal niet goed. Ik hou u op de hoogte en wens u een fijne dag.
© J.G.Boomsma