Moeder natuur heeft twee van haar drukke kindertjes er op uit gestuurd om eens een lekker robbertje te stoeien. Het ene drukkertje vanuit noordoost, tegen het ander uit het zuidwesten. Het levert mooie witte gezichten op van de omstanders hier in het noorden des lands. Schitterende vergezichten. Laat maar lekker stoeien die twee, denk ik bij me zelf. ’t schijnt wel voor hoogspanning te zorgen bij de koude en eenzaam in het veld staande metalen geraamten, die middels kabeltjes contact met elkaar proberen te houden. Desondanks en tot mijn opluchting schijnen ook zij plezier aan het spel te beleven. En voor een zelden vertoont fenomeen in staat te zijn zelfs. Dansende hoogspanningsmasten. Veel gekker zal het toch niet worden vermoed ik. Eigenlijk zou ik mien fietse willen pakken en naar mijn favoriete stapeltje zwerfkeien rijden, het Hunebed bij Loon even gezelschap houden daar in die witte wereld. Zij zijn al wat ouder en wijzer en zullen vast rustig blijven liggen en afwachten. Hun de kop niet gek laten maken door mee te gaan dansen. Goed zo jongens. Nee, de fiets blijft vandaag maar eens lekker binnen. Uitgelaten als we beiden waren, meende hij me gisteren te plezieren met een iets verlate Nieuwjaars duik, waardoor ik begeleid door het geluid van metaal op een harde ondergrond kennis nam van een langzaam bevriezende laag smurrie. Naast het asfalt. We hadden verloren van de zwaartekracht en andere natuurkundige wetten, waar ik overigens geen zin in had me te verdiepen. Das niks voor mij. Behalve mijn ego en de aarde kleur van mijn pantalon, hadden deze bedenkingen ook niet zo gek veel veranderd aan de situatie trouwens. Maar ’t was toch even schrikken Jampie.. Ja, dat klopt, de wegbeheerder heeft bedacht een soort mini-Hunebedden te draperen op de plaats des onheils. Het was aan de voorzienigheid te danken dat ik hen links mocht passeren in mijn glijvlucht. Zo verdiende ik op deze plaats alsnog een mooi prijsje in de postcodeloterij, gevallen op mijn tijdelijke ligplaats. Daar was ik best dankbaar voor ondanks mijn minder blije blik. ‘k moest er alleen even inkomen zak maar zeggen. Om u toch weer even kennis te laten nemen met het contrast van dit moment; het is eigenlijk best wel grappig dat ik mij probeer voor te bereiden op iets wat pas in de zomermaanden gestalte zal gaan krijgen. Gisteravond zat ik me te bedenken hoe de radertjes in mijn kop gaan werken wanneer ik honderden kilometers stroomopwaarts langs de Rijnoever fiets. Zal dit een psychologisch effect hebben? Zal het zwaarder zijn? Het zijn niet meer dan beslommeringen, overdenkingen. In plaats van tegen de natuur te vechten, kan het meer nut hebben er mee in gesprek te gaan denk ik. Een gesprek tussen haar en mij. Soms misschien even iets van verzet tonen. Even pas op de plaats maken, even de meerdere erkennen en afspreken er samen wat van te maken. ‘k wens u allen een fijne dag en doe voorzichtig buiten.
© J.G.Boomsma